Deze route is ontwikkeld door Het Groninger Landschap.
Titel: Klutenplas
Start- en eindpunt: Bezoekerscentrum van Het Groninger Landschap in Pieterburen.
Afstand: circa 34 km. Er zijn verschillende manieren om de route te verkorten. Raadpleeg daarvoor een wegenkaart.
Beschrijving/markering: Dit is een beschreven route. Klik voor de routebechrijving op de link onderaan.
Gps-navigatie: Klik hier om de route te downloaden voor gps-navigatie
De Noordkust
De noordkust van Groningen heeft een bijzondere, eigen charme. Met oude dijken middenin het land, dorpen op metershoge wierden en bochtige maren die de ligging van vroegere wadprielen verraden. Kerktorens steken scherp af tegen een typische Groninger lucht. Kieviten duikelen boven de weilanden. De liefhebber van uitgestrekte vergezichten kan z´n hart ophalen.
Parelsnoer
De geschiedenis van de noordkust staat in het teken van de strijd tussen land en zee, tussen zout en zoet water. In 1994 is een convenant getekend door landbouw, natuurbeschermers, waterschap en provincie. De landbouw wilde graag extra zoet water aanvoeren om verzilting tegen te gaan. Maar daardoor zou typische brakke natuur verdwijnen. Uiteindelijk kreeg de landbouw het gewenste zoete water, en de natuurbescherming ter compensatie in totaal honderd vijftig hectare voor natuurontwikkeling. Deze hectares worden verdeeld over verspreid tegen de zeedijk liggende brakwatergebiedjes waardoor een parelsnoer van brakke natuurparels langs de Groninger Noordkust komt te liggen. Een aantal hectares zijn al ingericht tot brakwatergebied. Een daarvan is de Klutenplas.
Klutenplas
De Klutenplas ontstond in 1986 door kleiwinning, die nodig was om de zeedijk op Deltahoogte te brengen. In 2005 is aan de westkant nog een landbouwperceel van ruim elf hectare ingericht en aan het gebied toegevoegd. De Klutenplas is brak, en daar horen karakteristieke planten en vogels bij. Tijdens hoogwater strijken er allerlei steltlopers, eenden en ganzen neer voor voedsel en rust. Met een beetje geluk ziet u de zwarte ruiter, lepelaar, groenpootruiter, smient en bergeend. In het najaar zitten er honderden wintertalingen. En natuurlijk, de kluut! Dankzij zijn opvallende omhooggebogen snavel, de lange poten en het zwartwitte verenkleed kunt u makkelijk zelf vaststellen dat de naamgever van dit natuurgebied zich hier thuis voelt